De golden circle

Na een goede nachtrust was het tijd on IJsland te verkennen. Het weer was iets minder dan gisteren maar dat mocht de pret niet drukken. We waren niet meteen gegrepen door het landschap,  Julia vond het zelfs saai.

Toen we aankwamen op onze eerste stop, Ringelveiller National Park, een gebied ontstaan door vele aardbevingen die je kan zien in de scheuren tussen de gesteente,veranderde dit beeld niet meteen. Het was heel druk met bussen toeristen en alles was heel commercieel ingesteld. Een bezoek aan de wc kosten ons ongeveer €1,80 per persoon. Gelukkig stond er een pinautomaat bij elke draaideur.

Op weg naar de volgende stop, Geysir, kwamen we lang beekjes,bergen en meren en werden we al enthousiaster. De geisers zelf waren heel bijzonder en zelfs Julia werd enthousiast. Hier zijn we een tijd gebleven en Patrick en Julia zijn zelfs op een berg geklommen om een mooier overzicht te hebben.Vanaf Geyser zijn we doorgereden naar Gullfloss waar een immense waterval is. Het zijn eigenlijk twee watervallen achter elkaar en er gaat een ongelofelijke hoeveelheid water doorheen (gemiddeld meer als de Niagara).Door de nevel boven de val ontstaat er een prachtige regenboog. Niet ver van deze waterval lag het gebied Langjokull  met zijn eeuwige snel en gletsjers. Wij hadden hier vanaf Gullfloss een prachtig zicht op. Omdat de weg er naar toe niet geasfalteerd is konden we er met onze auto niet dichterbij komen.Terug richting Reykjavik kwamen we nog langs een kratermeer bij Kerio. Dit was iets heel anders dan Crater Lake  in Oregon maar toch zeker even mooi.Terug in het hotel waren we zo uitgeput van de jetlag dat we besloten ons IJslands lam maar in het hotel te nuttigen en dan meteen naar bed te gaan.